Alle paarden zijn van nature, net als mensen, links en rechts niet helemaal gelijk in het lijf. Dit wordt ook wel laterale scheefheid genoemd en is de natuurlijke buiging van de wervelkolom.

De natuurlijke asymmetrie geeft voor het paard geen problemen, zolang er geen belasting plaatsvindt. De problemen ontstaan op het moment dat we met het paard aan het werk gaan en het paard belast wordt met het ruitergewicht. Dit alleen al kan problemen geven maar de problemen kunnen nog erger worden door een scheef zittende ruiter, een slecht passend zadel of een verkeerde training. Ook de vele handelingen aan de linkerkant (links opstappen, links aansingelen ect) kunnen de scheefheid vergroten. Naast de rijtechnische problemen kunnen er ook fysieke

 

problemen ontstaan. Door de ongelijke belasting krijg je ongelijke slijtage en daardoor rug- en beenproblemen. Ook kan het paard mentale en emotionele problemen krijgen als hij niet in evenwicht loopt.

Zoals je kan lezen is het van groot belang om de scheefheid van je paard serieus te nemen. Niet alleen om rijtechnisch tot een betere prestatie te komen, maar ook voor het welzijn van het paard. En we hebben natuurlijk allemaal het beste voor met ons paard.

Holle en bolle kant

Paarden hebben van nature een holle en een bolle kant. Dit kan je vergelijken met een banaan die op zijn kant ligt. Omdat de spieren op de holle kant korter, stugger en sterker ontwikkeld zijn, wordt het lijf naar die kant gebogen. Op de bolle kant zijn de spieren langer, slapper en soepeler. Je kan dit ook links of rechts gebogen noemen. Een paard is links gebogen als de holle kant aan de linker kant zit.

Wat gebeurt er in het lijf?

Je ziet in het lijf een duidelijke ongelijke belasting. Laten we even een links gebogen paard nemen. Omdat de spieren aan de linkerkant korter en sterker zijn en de spieren aan de rechterkant geen weerstand bieden omdat deze langer en minder sterk zijn, trekt het paard hol naar links. Het hoofd staat automatisch naar links gesteld, zijn schouders staan naar rechts en zijn achterhand staat weer wat meer naar links. Er rust dus meer druk op zijn rechterschouder en voorbeen. Omdat zijn schouders meer naar rechts staan, houdt hij zijn achterhand meer naar links om in balans te blijven. Hierdoor krijg je ook een ongelijke belasting van de achterhand en kan hij meer problemen hebben met het schuin onderzetten van het binnen-achterbeen op de volte op de linkerhand. Ook zal je aanleuning en nageeflijkheid niet optimaal zijn.

Hoe kan ik de holle en bolle kant herkennen?

Voordat ik aan het werk kan gaan met de holle en bolle kant moet ik er eerst achter komen aan welke kant de holle en bolle kant van mijn paard zit.

Hier volgen een paar voorbeelden:

Holle kant

  • paard valt over de buitenschouder op de volte (paard vliegt uit de bocht);
  • vindt het moeilijker om van het hek af te lopen of valt naar het hek toe (alsof het paard en het hek een magnetische aantrekkingskracht hebben);
  • paard stelt makkelijk zijn hoofd naar binnen en loopt vanzelf al iets met zijn hoofd naar binnen;
  • meer druk op de buitenteugel;
  • minder/geen druk op de binnenteugel;
  • soms vindt het paard het moeilijk om in de goede galop aan te galopperen;
  • in de zijgangen gaat hij makkelijker opzij, maar valt wel vaak over de buitenschouder en neemt zijn achterhand niet goed mee;
  • paard zet zijn binnenachterbeen naast de massa.

Bolle kant

  • paard valt naar binnen of heeft erg weinig buiging op de volte;
  • snijdt de wending, hoeken af;
  • paard loopt met zijn hoofd naar buiten;
  • heeft meer druk op de binnenteugel;
  • weinig tot geen druk op de buitenteugel;
  • paard reageert minder snel op de beenhulp om zijwaarts te gaan;
  • vindt het moeilijker om opzij te gaan in de zijgangen;
  • paard zet zijn binnenachterbeen onder de massa, achterhand zwaait wat uit.

Algemene problemen bij een scheef paard

  • paard geeft niet goed na;
  • kantelt zijn hoofd;
  • paard loopt te voorwaarts;
  • paard loopt te traag;
  • reageert niet of te heftig op de hulpen;
  • geeft niet door vanuit het achterbeen (loopt te kort of juist stuwend);
  • het zadel zakt scheef;

Ik hoop dat ik je zo wat meer geïnformeerd heb over de laterale scheefheid van het paard en dat je zelf de holle en bolle kant van je paard kan gaan herkennen. Mocht je er zelf niet uitkomen dan kun je altijd contact met mij opnemen en kunnen we kijken wat ik voor je kan betekenen. Let op, dit is een globale omschrijving en er zijn altijd paarden die niet precies aan dit profiel voldoen. Maar tijdens mijn werk zijn dit wel de meest voorkomende problemen.

Volgende x vertel ik meer over hoe je de laterale scheefheid tijdens het rijden kan verminderen.

 

  •  Hier zie je een rechts en een links gebogen paard. Beide paarden hebben de holle kant aan de binnenzijde en de bolle kant aan de buitenzijde.

 

U mag de inhoud van deze tekst niet kopiëren, reproduceren,  herpubliceren, uploaden, verzenden of distrubueren, op welke manier dan ook zonder schriftelijke toestemming van Saskia Rutte Dressuurtrainingen.